Vlaamse waterkwaliteit in kaart

De partners van Internet of Water Flanders werken met zijn allen aan een nieuw netwerk voor het fijnmazig meten en opvolgen van verschillende aspecten van waterkwaliteit. De Internet of Things technologie en de zelflerende algoritmes en hydrologische modellen die de realtime data zullen gebruiken hebben een groot toekomstpotentieel en zijn complementair aan de huidige opvolging met schepstalen en multiparametersondes. Koen Triangle die het project coördineert voor imec, schets het potentieel van het onderzoeksproject en het belang voor Vlaanderen.

De Vlaamse realiteit

“Voldoende en kwalitatieve watervoorziening is een universele uitdaging,” zegt Koen Triangle, verantwoordelijk  voor Internet of Water bij projectpartner imec. “Door klimaatverandering staat de mensheid voor diverse uitdagingen en de impact van klimaatverandering op ons waterbeleid is daar één van. Met de toenemende periodes van langdurige droogte of net uitzonderlijk veel regenval worden de uitdagingen alleen maar groter.”

Water is ook een economische realiteit. Volgens een rapport van projectpartner VLAKWA, het Vlaams Kenniscentrum Water, is een op zes jobs in Vlaanderen afhankelijk van een goede watervoorziening tegen een aanvaardbare prijs.

Mede daarom gebeurt er toch al behoorlijk wat op het vlak van waterkwaliteit. Koen Triangle: “Laat ons zeker geen afbreuk doen aan wat er al is. Er zijn al heel wat partijen in Vlaanderen die metingen doen van waterhoeveelheden en -kwaliteit. Die aanwezige kennis geeft in veel gevallen een afdoend en bruikbaar inzicht. Maar de bestaande methodes hebben ook hun beperkingen.”

 

Kracht door samenwerking

Het IoW Flanders project steunt op financiering van het Vlaams Agentschap Innoveren en Ondernemen (VLAIO) en wordt uitgevoerd door het Vlaamse IoW Flanders-consortium.

Koen Triangle: “Als beheerder van de Vlaamse onbevaarbare waterlopen en grondwater en verantwoordelijke voor de functionering van de CIW en haar bekkenstructuren brengt de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) vandaag al de waterkwaliteit en de impact van verontreiniging gedetailleerd in beeld. De manier waarop dit nu door verschillende meetnetten gebeurt, is essentiële kennis voor het project. Op basis daarvan bepaalt VMM ook mee de locaties voor de sensoren en biedt ze ondersteuning voor de ontwikkeling van de sensoren. Ook heeft VMM ervaring met het uitrollen van sensoren in Vlaanderen en die kennis wordt mee in het project gebracht.

VITO heeft als technologische onderzoeksorganisatie veel kennis omtrent data- en voorspellende modellen. Ze hebben ook zicht op de behoeftes en de use cases omtrent water en zullen deze kennis bundelen zodat er nuttige locaties worden gekozen om de sensoren uit te rollen. En ook op gebied van cloud- en IT-setup brengen zij veel ervaring aan tafel.

Als initiator en facilitator binnen de waterwereld zorgt VLAKWA, het Vlaams Kenniscentrum Water, voor de connectie met de diverse water-stakeholders, zodat het sensornetwerk optimaal kan worden ingezet om aan de verschillende maatschappelijke behoeften te voldoen. Ze bewaken ook de IoW Flanders-identiteit en zorgen ervoor dat er te gepasten tijde over het project zal worden gecommuniceerd.

Aquafin en De Watergroep zijn gebruikers van de data, maar niet alleen dat. Zij brengen ook veel expertise aan tafel omtrent de locaties en sensorkennis. Ook zij hebben reeds verschillende IoT-sensoren uitgerold en hebben een duidelijk zicht op de specificaties van hun locaties waarmee we rekening moeten houden (veiligheid, gassen,….). En ze hebben ook uitgebreide kennis over waterkwaliteit en de daarmee gepaard gaande regelgeving.”

Imec heeft ervaring met IoT-devices, sensoren, netwerkconnectiviteit, de cloudarchitectuur en -infrastructuur en de nieuwe datamodellen die daarmee samengaan. Ook de chip die het hart van de sensor zal uitmaken is van imec-makelij. Voor dit alles is er actieve betrokkenheid van imec-teams uit Leuven, Antwerpen (City of Things) en Nederland (Holst Centre), en van IDLab, een imec-onderzoeksgroep aan de Universiteit Antwerpen en de Universiteit Gent.

Bedrijfsleven nodig voor definitie, implementatie en beheer

Belangrijk is ook de rol van het bedrijfsleven. Koen Triangle: “Enerzijds betrekken we de markt bij de uitwerking van mogelijke toepassingen van het in real time meten van waterkwaliteit. Verzilting en overstorten zijn er twee, maar deze kunnen nog specifieker invulling krijgen en we willen er op termijn ook nog use cases aan toevoegen. Waterkwaliteit is voor veel bedrijven namelijk een belangrijk aandachtspunt, zowel voor hun eigen waterwinning als voor de afvoerstromen die ze produceren.”

Om de interactie met het bedrijfsleven vorm te geven, organiseert Internet of Flanders bevragingen en stakeholderevenementen. Door aanwezig te zijn op verschillende externe evenementen in binnen- en buitenland zal het project ook op regelmatige basis in gesprek gaan met diverse stakeholders.

Behalve dankzij het delen van opgedane kennis, liggen er via geplande aanbestedingen ook economische kansen voor het bedrijfsleven. Internet of Water Flanders kan zijn ambities niet realiseren zonder de expertise en knowhow van gespecialiseerde toeleveranciers. Koen Triangle: “Al vroeg in het onderzoek zullen we een beroep doen op private partners voor de installatie, het onderhoud en het beheer van de hardware en software die nodig is voor IoW Flanders. Zo willen we in 2021 al een vijftigtal meetpunten realiseren. Omdat dit niet tot de kerntaken behoort van de consortiumpartners, zullen we dit via een private aanbesteding doen. Ook voor de verdere opschaling én in de uiteindelijke overdracht en verduurzaming voorzien we gelijkaardige trajecten. En, afhankelijk van de omvang en nodige expertise, kunnen dat meerdere bedrijven zijn en hoeft dat niet met dezelfde partij(en) als in de opstartfase.”

Foto bovenaan: De Schelde (Beeld Toerisme Vlaanderen)