Internet of Water Flanders als innovatieversneller voor waterbeleid in Vlaanderen

Internet of Water Flanders is van grote waarde voor het toekomstig waterbeleid in Vlaanderen. Het meetnetwerk biedt lokale overheden meer kansen om gedetailleerde inzichten te geven over de waterkwaliteit in hun omgeving en het zal op lange termijn ook de kans bieden om alle betrokken actoren verantwoordelijk te stellen voor  de waterkwaliteit, vindt Bernard De Potter (VMM). Het project maakt een op data gebaseerd beleid in Vlaanderen makkelijker en het zet Vlaanderen internationaal op de kaart als waterinnovatieregio, aldus Bastiaan Notebaert van het Vlaams Kenniscentrum Water (Vlakwa).

 

Bernard De Potter (VMM): “Eén van de taken van VMM is rapporteren over waterkwaliteit. In het beschikbaar stellen van data over water zie ik een netwerk van datahubs. Momenteel zijn er al drie:

  1. Voor de waterkwantiteitsgegevens,
  2. Voor de toestand van het grondwater: de databank ondergrond vlaanderen (DOV)
  3. Voor het afvalwater in de rioleringen: het Afvalwater Informatiesysteem (AWIS).

Ook voor de toestand van de drinkwaterleidingen zou er een datahub gecreëerd kunnen worden. Verder ontbreekt er nog een goed dashboard over oppervlaktewaterkwaliteit en een cluster met bijhorend dashboard voor waterbeleving (sport en ontspanning). Actuele en meer gedetailleerde informatie over de waterkwaliteit: dat is de rol die weggelegd is voor Internet of Water Flanders. Die datahubs moeten uiteraard met elkaar interageren.”

“Als we nu rapporteren over waterkwaliteit dateren de recentste gegevens over sommige parameters al van 2 of 3 jaar geleden. Dat willen we verbeteren. We willen daarom een gedetailleerd waterkwaliteitsdashboard klaar hebben voor de volgende stroomgebiedbeheerplannen.”

Bastiaan Notebaert (Vlakwa): “Een op data gebaseerd waterbeleid zal ons helpen om de doelstellingen van de Vlaamse Visienota 2050 makkelijker te halen: evolueren naar een robuust watersysteem.

“We pleiten bij Vlakwa al jaren voor een model waarbij de samenwerking tussen onderzoeksinstellingen, bedrijven en overheid leidt tot snellere innovatie en een betere benadering van onze wateruitdagingen. Dat is wat er in Internet of Water Flanders effectief gebeurt.”

“Een van de mooie facetten van Internet of Water Flanders zijn ook de overlegmomenten met de stakeholders. Door hen actief te laten participeren in de ontwikkeling van een use case, zijn we ervan overtuigd dat de gekozen oplossingen beter afgestemd zullen zijn op de reële noden. Zo creëren we een breder gedragen oplossing waardoor de impact van het project groter wordt.”

Gebiedsgericht werken

Bernard De Potter (VMM): “Om de waterkwaliteit te verbeteren in Vlaanderen moeten we meer gebiedsgericht werken. Er zijn vanuit verschillende invalshoeken prioritaire gebieden voor een betere waterkwaliteit aangeduid: de duinengordels en de polders in West-Vlaanderen, de Kleine Nete, de vallei van de Herk en Mombeek…

Om de kwaliteit te verbeteren moeten de lokale actoren maatregelen nemen en aan integraal waterbeheer doen. Als we met onze de datahubs lokale gegevens kunnen leveren zullen de lokale actoren zelf beter kunnen handelen en oplossingen uitwerken.

Momenteel staan we met die ambitie nog niet ver, maar Internet of Water Flanders kan daar over enkele jaren een grote bijdrage toe leveren.

VMM zou het basismeetnetwerk kunnen realiseren. Als dit dan aangevuld wordt met de sensordata van IoW dan krijg je temporele gegevens die nieuwe modelleermogelijkheden bieden. Als er lowcost IoT-sensoren beschikbaar zijn, kan je ook vrij snel de focus verleggen naar een specifiek afgebakend gebied. En dan kan ik me perfect voorstellen dat je alle actoren individueel verantwoordelijk kan stellen. Zo zou bijvoorbeeld de landbouwsector zelf zijn problemen met nutriëntenvervuilingkunnen oppakken als landbouwers in detail en realtime aan opvolging kunnen doen.”